Dag 25 Geiranger Noorwegen – Goudvangen Noorwegen (±190 km)

12e overtocht Kaupanger – Gudvangen (±2 uur)

Vandaag is het begin in elk geval veel beter. Het is droog, maar er hangt wel lage bewolking. Terugrijden via Trollstigen heeft daarom weinig zin. Dat moet maar wachten tot een volgende bezoek. Overigens staat ons nog genoeg leuks te wachten nu we in het toeristisch gedeelte zijn aanbeland. Doorrijden doen we niet met pijn in het hart. De Wrangler past precies, alsof we er mee zijn vergroeid, en is echt een tweede huis geworden. Dit kunnen we nu ook best maanden volhouden.

Vanuit Geiranger rijden we naar het zuiden, om na ongeveer 23 kilometer bij weg 15 af te slaan naar rechts, gelijk door een tunnel van een kilometertje of vijf. Na 50 kilometer adembenemend landschap slaan we maar eens linksaf weg 60 op, die over ongeveer 60 kilometer naar weg 1 leidt. Dit is duidelijk een toeristische route, want het is een stuk drukker op het smalle weggetje. Allemaal buitenlandse kentekens, nauwelijks Noren.

Het weer knapt een heel stuk op. Regelmatig rijden we door kleine tunneltjes, waar in het donker een flink aantal geiten staat te schuilen voor de brandende zon. Die moeten er zeker ook eerst weer aan wennen. Het ene moment rijden we in de sneeuw in een winterlandschap, even later naar beneden in de brandende zon door zomerse groene weelde en dennenbossen waarin de bomen net allemaal uitlopen met lichtgroene punten aan de takken.

Bij Loen slaan we af in de richting van het meer Lovatnet en volgen een onverharde weg aan de noordkant naar de voet van een Gletsjer. Er is een grote parkeerplaats waar een tiental touringcars staan en het terras van een groot restaurant zit bomvol bejaarden. Het uitzicht op de Boyabreen gletsjer is echter fantastisch en we zitten even later tussen de bejaarden op het terras. Lekker aan een groot glas bier (alcoholvrije Clausthaler) en een hamburger met friet. Daarna volgen we weg 60 verder zuid richting weg 1, waar we bij Byrkjelo naar links oprijden. De hele route leidt ons om het Jostedals Breen, een gletsjermassief waar we nu nog niet doorheen kunnen. Steeds hebben we uitzicht op gletsjers, ijs en sneeuwbergen. Een paar (20) kilometer verder slaan we in Skei alweer linksaf de 625 op in de richting Kaupanger. We fotograferen nog een in prachtige staat verkerende staafkerk, maar ik weet nu al niet meer in welk gehucht. Dat vullen we later wel in. Na 13 kilometer staan we voor de ingang van een donkere tunnel onder het gletsjermassief door. 6,4 kilometer lang en verderop nog eens 7 kilometer tunnelen door het donker.

Vanuit Kaupanger varen we in twee uurtjes door de smalste fjorden van Noorwegen, de Auerlandsfjord en de Naeroyfjord naar Gudvangen. Het was inderdaad smal, met aan beide zijden zeer steile, honderden meters hoge kliffen met ontelbare watervallen die van een paar druppels, tot Niagara-achtige hoeveelheden water omlaag storten. Zeker de moeite van nog een keer varen waard. Dat de fjorden een attractie zijn zien we aan alle bejaarden in het restaurant van de veerboot. Overigens nu eens geen badkuip als schip, maar meer een cruiseschip. Veel passagiers doen dan ook een retourtje op de boot. In Gudvangen loopt het fjord nog door, maar is geblokkeerd voor te grote schepen zoals de veerboot. Via een kanaal kun je nog wel verder. Wij moeten dus van de boot af en besluiten om camping Vang in Gudvangen maar meteen te pakken. Het is er redelijk druk. Omdat het nog vroeg is kunnen we de uitrusting nog een beetje te drogen hangen. Vlak na het opzetten van de tent breekt de aluminium boogstok in de zeiknatte luifel af en scheurt het doek van de luifel ook maar gelijk kapot. Een paar reserve luifelstokken brengen uitkomst voor de laatste paar dagen.