Berichten

Alles Over De Alkoof Camper

Tijdens de zoektocht naar een nieuwe camper passeren vier basisvormen de revue. Hier vind je alles over de Alkoof camper en drie modellen met de namen buscamper, halfintegraal en integraal. We hebben de plussen en minnen van de vier basismodellen op een rijtje gezet.

Riant familieonderkomen

De Alkoof Camper

De alkoof is het vertrekje dat boven de autocabine van een alkoofcamper aan de grotere leefruimte grenst. Daaraan dankt dit type z’n naam. In dat forse uitsteeksel is in de breedte een nagenoeg 2,2 meter lang bed ondergebracht. De speciale opbouw heeft vlak voor de alkoof een stahoogte tot wel 2,4 meter of meer. Dat geldt niet voor de ruimte in de alkoof zelf. Boven dat bed is 50 tot 80 cm echt het maximum, waardoor rechtop zitten soms een probleem is. Het daardoor af en toe (onterecht) als kinderbed te boek staande alkoofbed is bovendien alleen via een laddertje bereikbaar.

De alkoof camper zet de gehele cabine in de schaduw. Dat is prettig in warme streken, maar nadelig voor het uitzicht, met name omhoog. Vooral hooggeplaatste verkeerslichten verdwijnen door de oversteek al snel uit zicht, maar ook het uitzicht in bergachtige gebieden wordt er door beperkt. Het woord ‘alkoofschade’ heeft bovendien behoorlijk naam gemaakt in verzekeringspolissen. De matige zichtbaarheid en het lastige inschatten van de omvang zorgt nogal eens voor onzachte aanraking met overhangende takken, ronde tunnelplafonds of balkonnetjes in pittoreske dorpjes.

De grotere wagenhoogte heeft ook een negatief effect op het zwaartepunt en de rijeigenschappen. ’t Voelt allemaal wat minder stabiel aan en met name in bochten wil de camper wat meer overhangen. Beheerst rijgedrag is op z’n plaats en zo houd je ook het grotere brandstofverbruik binnen de perken, dat zich vooral bij flink doorrijden openbaart. Één klein minpuntje van de alkoof dan nog. Door de vreemde windval onder het uitsteeksel zorgt rijwind soms voor minder goede werking van ruitensproeier en ruitenwissers.

Toch is er ook veel positiefs te melden. Op een korte wagenlengte van 5,5 meter is een indeling met eindkeuken en alkoofbed zeer ruimtelijk. En met een bedje op de dinette heb je zelfs dan al ruimte voor loges. Ander indelingen, vanaf zes meter, met een tweede bed achterin bieden al snel plaats aan zes slapers. In een enkel geval overstijgt het aantal bedden dan al vaak het aantal toegestane zitplaatsen tijdens de rit. Ook hier biedt een zo lang mogelijke wielbasis voordelen voor het weggedrag.

Ook in de winter voldoet een alkoofindeling goed. Het bed bovenin kan eigenlijk niet zonder eigen alkoofverwarming, maar dat is eenvoudig zelf aan te leggen. Is de stuurhut onder het bed bij stilstand niet in gebruik, dan kan die eenvoudig tegen de kou van het interieur worden afgescheiden. Een van het alkoofbed afhangende deken of oude slaapzak voldoet.

Alles Over De Halfintegraal Camper

Tijdens de zoektocht naar een nieuwe camper passeren vier basisvormen de revue. Hier vind je alles over de halfintegraal camper en drie andere modellen met de namen buscamper, alkoof en integraal. We hebben de plussen en minnen van de vier basismodellen op een rijtje gezet.

De Sportieve kilometervreter

Alles Over De Halfintegraal Camper

De halfintegraal camper oogt sportief en is mede daardoor de populairste van alle campers. Omdat dit type veel weg heeft van de alkoofcamper is een vergelijking daarmee eigenlijk meer op z’n plaats. Maar bij een goed ontwerp, met bijpassend kleurenspel springt de auto als onderdeel nog nauwelijks in het oog. Daarvoor zorgen dan het ‘petje’ boven de cabine en de vorm van de stroomlijn naast de portieren van de cabine. De vergelijking met de vol-integraal komt in dat geval een stuk dichterbij.

Door gebruikmaking van lage chassis, hebben de campers ook een laag zwaartepunt en krijgen zo automatisch betere rijeigenschappen mee. Met sterke motoren zijn dan hoge kruissnelheden mogelijk. De halfintegraal is er vanaf net geen zes meter lengte tot een metertje of acht.

Het bed boven de cabine ontbreekt, waardoor deze camper dus aanzienlijk lager uitvalt. Dat heeft gevolgen voor de stahoogte, die meestal enkele centimeters onder twee meter blijft steken. Door het stalen dak van de stuurcabine helemaal weg te snijden ontstaat een riante doorgang tussen de woning en de auto. In vrijwel elke indeling worden de cabinestoelen daarom net als in een integraal betrokken bij het interieur. Met de stoelen omgedraaid ontstaat dan een riante zitgroep van banken en losse zetels. Pas ‘s winters merk je dat in de autocabine’s veel kou neerdaalt van de ramen en kale metalen delen. Afschermen zoals in de alkoof is hier niet mogelijk en isolerende maatregelen met schermen voor de ramen gaan ten koste van het uitzicht op omringend winterlandschap.

Een trend is de combinatie van een compleet interieur met een tegen het plafond op te bergen hefbed boven de zitgroep. Daarmee ontstaan extra slaapplaatsen, maar vaak ten koste van de stahoogte of de slanke lage bouwvorm. De twee comfortabele extra slaapplaatsen die zo ontstaan zijn voor velen een welkome aanvulling. Deze halfintegraal is doorgaans vierpersoons. Met twee vaste bedden kunnen, vaak optioneel aangeboden, comfortabeler banken met voorgevormde kussens in het interieur worden geplaatst.

De halfintegraal is standaard van veel uitrusting voorzien, al dan niet via een aantrekkelijk geprijsd pakket. Die pakketten zijn veelal sfeerbepalend en belangrijk voor het uiterlijk. Onderzoek dus de opties en wat ze inhouden voor raamkaders, dakrailing, trappen en andere beeldbepalende voorzieningen. Populaire opties als luifels, een grotere koelkast, sterke motoren en een automatische schotelantenne brengen samen ruim 100 kilo extra gewicht. Het laadvermogen van modellen tot 3,5 ton loopt daardoor sneller terug dan menigeen bevroedt. Lichtgewicht bouw lost steeds meer problemen op, maar gewicht blijft, zeker boven 7 meter lengte, een aandachtspunt. Een minder brede versie van de halfintegraal krijgt soms de toevoeging Compact of Van. De besparingen in afmetingen, en daardoor in gewicht, vinden met name in de breedte plaats. Zo gaan ze dus ten koste van ruimte in het interieur. Een garage of fietsenberging achterin heeft gevolgen voor de bodemvrijheid van de derrière.

Alles Over De Integraal Camper

Tijdens de zoektocht naar een nieuwe camper passeren vier basisvormen de revue. Hier vind je alles over de integraal camper en drie modellen, met een speciale opbouw, met de namen buscamper, alkoof en halfintegraal. We hebben de plussen en minnen van de vier basismodellen op een rijtje gezet.

Ultieme reis- en verblijfauto

Alles Over De Integraal Camper

In de geheel door de camperfabrikant ontworpen opbouw van deze reis- en verblijfauto, de integraalcamper, zijn het autochassis en de cabine helemaal ‘geïntegreerd’. Daaraan dankt dit type zijn naam dan ook. De integraal ziet men als het topmodel onder de drie opbouwvormen. Het is tevens de duurste oplossing, verkrijgbaar vanaf een meter of zes tot wel 12 meter lang. De allergrootste modellen vallen in de Liner of Coach camperklasse.

Het ontbreken van de carrosserie van de auto, in de geheel gesloten en geïsoleerde campercarrosserie, maakt deze camper ruimer en comfortabeler, zowel ’s zomers als ’s winters. Soms is rondom zelfs dubbele beglazing aangebracht of als optie leverbaar.

Door de totale isolatie van de opbouw is de integraal stiller in gebruik. Vrijwel alle camperfabrikanten ontwerpen een verticaal front aan de integraal. Dat doen ze om de cabine geschikt te maken voor een hefbed, dat dan voorin boven het dashboard en de stoelen hangt. De zetels voor bestuurder en bijrijder liggen door de verplaatsing van de ruit ver binnen de nieuwe carrosserie. Soms wordt het uitzicht naar links- en rechtsachter daardoor nogal beperkt. De locatie van zijramen is tijdens een proefrit een aandachtspunt, net als het uitzicht door de voorruit. Laag staat stoer, maar kan het panorama flink verlagen en dus verkleinen.

Hoewel een portier aan de bestuurderszijde onmisbaar lijkt, is het soms verstandiger om die kostbare en zware optie, mits mogelijk, ten behoeve van het laadvermogen te vergeten. Er zijn gebruikers die een tolticket of parkeerkaartje dan maar met een barbecuetang, via het raam uit de automaat pakken.

Met lage chassis compenseren de bouwers comfortverhogende oplossingen zoals een dubbele bodem. Toch valt een integraal over het algemeen hoog uit, met de inmiddels bekende gevolgen voor het rijgedrag. Verbeteringen zijn te vinden in opties als een AL-KO-amc-chassis en tandemassen. Populaire opties snoepen veel laadvermogen van de toch al flink uitgeruste modellen weg. De zwaarste daarvan is wel de uitschuifwand om de leefruimte te vergroten, de zogenaamde slide-out.

De integraal kent riante mogelijkheden voor heel mooie interieurs met grote badkamers, ruime zitgroepen en alle mogelijke bedopstellingen.

Alles Over De Compacte Buscamper

Tijdens de zoektocht naar een nieuwe camper passeren vier basisvormen de revue. Hier vind je alles over de compacte buscamper en drie modellen, met een speciale opbouw, met de namen alkoof, halfintegraal en integraal. We hebben de plussen en minnen van de vier basismodellen op een rijtje gezet.

Vooral efficiënte gebruiksmogelijkheden

Alles Over De Compacte Buscamper

De compacte buscamper is een tot camper omgebouwde gesloten bestelwagen. Behalve voor verre snelle reizen naar warme oorden, en overnachten bij familie, is zo’n campertje ook ideaal voor dagelijks gebruik en goederenvervoer. Een tweede auto is niet meer nodig.

Alle benodigdheden voor een vakantie zitten er in, op en aan. Net als bij grotere campers. Alleen aan ruimte ontbreekt het in deze klasse. Meestal zijn de bedmaten daarom beperkt, is het meubelwerk soms petieterig en krap opgesteld en zijn alleen de cabinestoelen riant qua zitcomfort. Aan bergruimte houdt het uiteraard ook al niet over. In veel gevallen moet je voor de nacht flink schuiven met de inventaris en soms zelfs uitstappen om de nachtombouw voor elkaar te boxen. Met twee personen is de vloeroppervlakte bezet, laat staan met een heel gezin. Een verhoogde camperopbouw of hefdak met bedvoorziening zorgt dan voor net die twee extra slaapplaatsen. En niet alleen voor de kinderen, ook voor logés, of wanneer je het bedje met z’n tweeën eens te vol vindt.

Dat klinkt allemaal negatief, toch is de kleine compacte camper populairder dan ooit. Hij staat namelijk van alle campers nog het dichtst bij kamperen. Besturen en manoeuvreren is door de geringe omvang (breedte twee meter) gemakkelijker. Volledig ingerichte zijn ze er al vanaf ruim vier meter. Daarmee past zo’n bestelbusje in elk standaard parkeervak, of dat nou voor je deur is, midden in een Frans dorp, of aan de kust. Kwak maar neer! Soms is in zo’n buscamper zelfs op vervoer van een motorfiets voorbereidt. Vooral als bedvoorzieningen achterin opklapbaar zijn, komt allround gebruik dichterbij. De snelste buscamper van dit moment is op 190 km/u begrensd.

Er zijn grofweg drie typen buscamper te onderscheiden. Als eerste de ‘schattige’ allerkleinste campers op basis van bestelauto’s in de Renault Kangoo klasse. Helaas voldoen deze (meestal) niet aan de eisen die de Nederlandse RDW en Belastingdienst stellen aan de indeling. De leefruimte van een camper moet qua inhoud aan diverse wettelijk eisen voldoen. Voorgeschreven is ondermeer dat er een fictief volume van (lxbxh) 200 x 90 x 170 centimeter in past. Gaat dat niet, dan komt zo’n minicampertje niet in aanmerking voor het verlaagd wegenbelastingtarief voor campers. Tweede groep zijn de lagere bestelauto’s, zoals de Peugeot Partner of VW Transporter. Zij zijn voorzien van een laadruimte met een hoogte die tussen 130 en 170 centimeter blijft steken. Die campers mogen van een hefdak worden voorzien om als officiële kampeerauto door het leven te kunnen. Wagens uit groep drie, zeg maar de Fiat Ducato- en Ford Transit-achtigen, voldoen in zogenaamde H2 hoogte standaard aan de laadruimte-eisen. Qua indelingen zijn de onderlinge verschillen per campermerk daar gering. Wie niet slaagt, kan met één van de vele Nederlandse inbouwbedrijven in zee om een eigen interieur te ontwerpen.

Hoewel winters kamperen ook met de buscamper kan – de enorme schuifdeur is dan nog het grootste nadeel – mag het comfort door isolatie niet vergeleken worden met die van de opbouwcampers. Vooral via niet bekleedde autodelen komt veel koude binnen, dus ook voorin de als zitruimte gebruikte cabine.

Camper met basaltvezelplaat

Basalt Vezelplaat?

Tijdens de Caravan Salon 2015, in de Messe Dusseldorf afgelopen augustus, werd door een van de deelnemende fabrikanten een camper voorgesteld waarvan de sandwichpanelen in wand, dak en vloer nu eens niet met aluminium of glasvezelversterkte polyester waren opgebouwd, maar met basaltvezelplaat. Dat materiaal is zo’n 30% lichter dan glasvezelversterkte polyester, meldt de fabrikant. Basaltplaat heeft aan de buitenzijde een structuur vergelijkbaar met die van carbon.

Waar carbonvezel onder enorme hitte – tot wel 3.000 graden Celsius – wordt geproduceerd als lange koolstofvezels, gebeurt bij basaltvezel vrijwel het zelfde, maar bij veel lagere temperaturen. Basaltvezels worden gewonnen uit fabrieksmatig gesmolten materiaal, basaltblokken. Een vreemd idee dat je daar vezels van kunt maken? Welnee, iedereen kent toch ook steenwolvezels als isolatiemateriaal? En wol van glas als isolatiepakket en als gevlochten vezel in polyester? Glas-, koolstof-, carbon- en composietvezel raken steeds meer ingeburgerd. Nu ook de basaltvezel.

basaltvezel basalt in ijsland-min-2Basaltvezel maakt men door basalt uit te hakken in een mijn, dit te verbrijzelen, en vervolgens te verfijnen tot stof dat wordt gescheiden in diverse materialen waaronder de grondstof voor basaltvezel. Dat goedje gaat de oven in om bij 1.400 graden Celsius te worden gesmolten. Uit het gesmolten materiaal  wordt een oneindige draad getrokken, het filament. Uit honderden van die draden wikkelt men tijdens diverse chemische processen een garen, het basismateriaal Roving. De verwerking van dat garen is redelijk gelijk aan dat van alle andere vezels. Je kunt het versnijden voor productie van vezelplaatmateriaal, er touwen van maken en weefsels. Een voordeel van basaltvezel is de hittebestendigheid. Het vindt daarom ook steeds meer toepassing als brandwerend materiaal in allerlei vormen, en in bijvoorbeeld afdichtend hittebestendig touw. Nu dus ook in de opbouw van campers.